Het was nat en grijs in Landgraaf vanochtend. Wat vroege honden-uitlaters en joggers passeerden de camperplaats ook al voor zeven uur, toen ik Abby uitliet. In onze bus is het lekker droog en warm. Verse koffie en croissantjes uit de omnia oven bij het ontbijt en dan vertrekken we weer. Op naar een beetje mooi najaarsweer, hopen we. In Sud-Tirol, de Italiaanse Dolomieten, lijkt het de komende dagen nog wat zomers en daar gaan we ons geluk eens beproeven. In Duitsland mogen we, afkomstig uit Zuid Holland, niet overnachten maar er wel op doorreis doorheen rijden. Vandaar onze strategische overnachting vlakbij de grens. Ik hoef gelukkig maar 1 keer een duitse burger lastig te vallen; bewapend met mondkap een tankbeurt afrekenen.. We tuffen via Koblenz, Karlsruhe, Stuttgart en Ulm naar de Oostenrijkse grens bij Fussen. Daar arriveren we rond vier uur ‘s middags al en we maken een tankstop in het Oostenrijkse Reutte. Dan zoeken we een plekje voor komende nacht op in een van de apps die we daarvoor gebruiken. Eerste doel is Imst waar zich twee campings bevinden. We rijden over de Fernpass en zien dat aan het meertje beneden ook een camping ligt. Die bereiken we via een smal weggetje. Het ziet er idyllisch uit echter aan de receptie hangt een notitie “ausser Betrieb”. Info kun je halen in het Schlosscafe maar dat is een flink stuk met de benenwagen omhoog. Zoveel moeite wil ik niet voor een zo te zien gesloten camping doen, en we rijden door naar Imst. Morgen willen we over de Reschenpass Italië in, en dan zijn we alvast een stuk die kant op. Campingpark Imst-West heeft plek zat en daar zetten we de bus neer. Mooie uitzichten op de bergen rondom ons die allemaal een suikerhoedje hebben. Het heeft hier al aardig gesneeuwd op hoogte. Op aanraden van de campingbaas lopen we in tien minuutjes naar Gasthof Neuner beneden in het stadje. Uiteraard serveren ze hier Wiener Schnitzels, iets waar we de hele dag al naar uitkeken😉. Na een even lekker dessert is het maar goed dat we bergop terug moeten lopen!