Pinksterweekend Duitsland, 5-9 juni 2025

We hebben een lang pinksterweekend en gaan op pad kort over de grens in Duitsland. Donderdagavond laat kunnen we rijden en koersen we naar een camperplaats in België in het dorpje Ravels. Hier kun je gratis en onbeperkt staan. Weliswaar zonder voorzieningen maar die hebben we voor dat ene nachtje niet nodig. We slapen als blokken. Zijn overigens niet de enige camperaars hier. Officieel is er plaats voor zes campers, er stonden er al 8 en met ons erbij stonden er 9. We zijn vroeg wakker en ontbijten op het gemak. Eigenlijk zoals we thuis alleen 's zondags doen. Dan gaan we op pad en rijden een aardig stuk binnendoor in het Vlaamse land totdat we voorbij Geel de snelweg richting Luik pakken. Na Luik via Verviers naar de Duitse grens alwaar inreiscontroles zijn, maar niet voor ons. Tevergeefs kijken we uit naar een Lidl of bakkertje voor een broodje voor straks, maar die vinden we pas in de plaats Daun in de Vulkaneifel. Hier vlakbij bevinden zich de zogenaamde vulkaanmeertjes en aan één ervan bij Schalkenmehren, vinden we plaats op de camperplek. Na de lunch pakken we de fietsen en gaan op pad langs het Maar-Mosel fietspad, dat hier over het traject van een oude spoorlijn loopt. En dat is wel prettig want als het heuveltop gaat, is dat geleidelijk. Het is een leuk en afwisselend fietspad, waar overblijfselen van de spoorlijn mooi zijn bewaard. We fietsen langs oude stations en halteplaatsen, maar ook seinen en overweggetjes.




In Gillenfeld, dat halverwege langs de lijn ligt, repeteert de fanfare in het voormalige station. We hebben ontdekt dat de 40,8 km lange spoorlijn in 1909 is aangelegd door de Preussische Staatseisenbahnen. Het traject liep tussen Daun en Wittlich en de personendienst is gestopt in 1981. In 1988 is alles stilgelegd en werden de sporen opgebroken, waarna ze als fietspad zijn ingericht. Om de foto's die her en der te zien zin blijken er zowel personen als goederentreinen te hebben gereden. Onder andere de 'schienenwagen', de Duitse railbus, heeft hier gereden. Delen van onze fietsroute gaan ook over de gewone weg, maar altijd daar waar maar heel weinig verkeer is. En af en toe gaat het goed steil naar beneden, en bereiken we snelheden van 45 km per uur op de fiets. Het blijft ook gelukkig droog ondanks de dreigende luchten en ondanks de voorspelde buien.





Terug in de camper relaxen we nog wat en tegen de avond lopen we naar het dorpje Schalkenmehren naar café Mehresblick voor een lekkere schnitzel. De calorieën lopen we erna er weer af op het voetpad naar de camperplaats. Daar is een automaat met allerlei etenswaren, en ook met ijs. Gezien we het toetje hadden overgeslagen, trekken we allebei een ijs naar keus en doen het dessert in de camper. Het is hier rustig en stil. Zo af en toe rijdt er beneden ons een auto voorbij. We horen de schapen op de tegenoverliggende heuvel en af en toe kwakende kikkers. Met de nachtrust zal het wel goed komen. Oh ja, en het is nog steeds droog, zelfs een beetje warm.




Ondanks alle stormwaarschuwingen staat de hut vanochtend nog op z’n plek. Vandaag verruilen we de Vulkaneifel voor het gebied rond de Moezel. Eerst wat boodschappen, vers brood en prima wijn in de aanbieding en dan op naar de Wanderparkplatz van Burg Eltz. Oftewel de parkeerplaats waar wandelingen naar de burcht Eltz beginnen. Het leuke hier is dat je kan blijven overnachten voor de kleine bijdrage van maarliefst 6 euro. Daarvoor mag je 24 uur blijven staan, weliswaar zonder voorzieningen. Vanochtend hebben we de bus geserviced dus hebben water voldoende en de afvaltanks zijn leeg. De accu is vol en we hebben voldoende gas voor de koelkast. Er staan een paar auto’s en al aardig wat campers maar er is plek genoeg. We hebben de keggen wel nodig om een beetje recht te staan en dan doen we ons tegoed aan een Duitse lunch. Er komt nog een regenbuitje over en dan trekken we wandelschoenen aan en gaan op pad naar de burcht.

Er zijn twee mogelijkheden, een korte zware en een lange iets makkelijkere. Gezien het kasteel onder ons ligt, kiezen we voor de “zware” bergaf. En zwaar is ie, het pad is wat smal en vol met keien en de terugkerende mensen puffen en hijgen dat het een lieve lust is. Na bijna 2 kilometer ontwaren we de contouren van het kasteel. Het ziet er schilderachtig uit, gelegen op een rotswand temidden van het smalle dal van de Eltz, een zijriviertje van de Moezel. Voor 14 euro op krijg je toegang, het kasteel door met een engelstalige gids, en zelfvoorzienend door de ‘schatkamer’. De architectuur is bijzonder. Er zijn heel veel torentjes en verborgen hoekjes en het stucwerk is om elke bocht weer anders. De grondvesten zijn hier meer dan 850 jaar geleden gelegd en sindsdien is het kasteel privébezit van de familie Eltz geweest. Nu nog, alleen de eigenaar woont er niet in. Alleen gedurende de zomermaanden heb je er toegang.




Het is de enige burcht in Duitsland die alle oorlogen en ander geweld heeft doorstaan en dus nog helemaal in oorspronkelijke staat is.
Binnen vergapen we ons aan authentieke ruimtes die zonder uitzondering zijn gevuld met antiek. Wapenkamers, slaapvertrekken, de keuken, de jachtkamers, er is teveel om op te noemen en het is allemaal erg leuk om te zien. Na de rondleiding begeven we ons naar de schatkamer die in de kelders van het kasteel gevuld is met familie-erfstukken. Van antiek wapentuig tot servies en bestek, maar ook heel veel zilver en bladgouden kunststukken, daterend terug tot 1570.
Dan wordt het tijd voor de terugtocht naar de camper en we kiezen nu bergop de ‘makkelijke’ route. Die loopt in het begin wat gemoedelijker bergop maar het venijn zit ‘m in de staart want de laatste 800 meters gaan bijna loodrecht omhoog. Maar, ‘wir haben es geschafft’ en daar ontwaren we onze bus. Tijd voor koffie met iets lekkers en daarna zitten we de dag heel relaxed uit met een boek en een spelletje. Vanavond voetbalt Nederland, eens kijken of we iets kunnen ontvangen.







Het heeft vannacht geregend dat het een lieve lust is. Gelukkig staan we op gravel, alles is zeiknat maar we komen goed weg. Het zou vandaag langzaam wat vriendelijker qua weer moeten worden. Heel af en toe zien we inderdaad een stukje blauw aan de lucht. Zo dicht bij de Moezel, daar kunnen we niet omheen. We besluiten een stuk langs de rivier te toeren, eigenlijk zonder vast plan. We hebben ooit eens op een camperplaats bij Pünderich gestaan, dus dat wordt voorlopig het doel. Net na de sluizen bij St. Aldegund komen we langs een leuke camperplaats waar nog voldoende plek is, pal aan de rivier, en verhard. Het is nog voor elf uur in de ochtend maar je kunt hier prima fietsen, dus besluiten we hier te blijven. We pakken de fietsen en peddelen langs het mooie fietspad langs de Moezel terug naar de brug bij Neef en steken daar over. Een stuk verder aan de andere kant ligt langs de wijnvelden de ruïne van klooster Stuben en daar willen we wel eens langs. We hebben de ruïne vaak gezien vanuit de auto of camper aan de overkant maar zijn er nog nooit dichtbij geweest. Fietsen is hier erg leuk. De fietspaden zijn prima en je fietst langs de meest onmogelijk steile wijnvelden.




De klooster-ruïne is met recht een ruïne, er is bijna niets overgebleven van dit ooit imposante bouwwerk, dat van 1137 tot 1802 een augustijner vrouwenstift was. Er waren meerdere gebouwen, en alleen de buitenmuren van de kerk bleven over. De druiven beginnen langzaam vorm te krijgen en we fietsen nog een heel stuk door en langs de velden. Bij de sluis van St. Aldegund kijken we nog even naar het schutten van een binnenvaartschip. Bij de camper in het dorp gaan we op zoek naar een restaurantje. Er stond ergens een bord waarop Flammkuchen werden aanbevolen. Helaas, dat tentje gaat pas om 16.00 open en verder vinden we behalve een pizzeria alleen wijnproeverijen. Dan maar een tosti buiten in het zonnetje naast de camper.






De middag benutten we wederom om per fiets een stukje omgeving te verkennen. We fietsen nu de andere kant uit langs de Moezel en passeren de dubbeldeksbrug bij Bullay die in 1877 werd gerealiseerd. Bovenop bevindt zich het spoor, en onder op de brug rijden auto's, fietsers en is een voetpad. In februari 1945 werd de brug nadat de spoorlijn vanaf 1944 een doelwit werd, gebombardeerd en vernield. Pas in april 1947 was de brug hersteld voor verkeer. Wij fietsen nog een stukje langs de rivier. Met behulp van de app Komoot heb ik een leuke route gevonden die na een paar honderd meter bergop gaat in de richting van de bergrug tussen de rivier in (een zogenaamde Moselschleife). Vanwege het meanderend karakter van de rivier zijn er een aantal punten vanwaar je bergaf links zowel als rechts de rivier kunt zien. Aan het eind van de route is een uitzichttoren. Het is druk langs de route. Overal wandelaars en we ontdekken dat ook hier (we hadden er vanochtend onderweg al meer gezien) wijnfeesten zijn. Op enig moment worden we door borden gesommeerd af te stappen, precies bij een stukje waar onze route een stukje naar beneden gaat. Het weggetje ernaast en omhoog leidt naar een kapel bovenop de berg, en ziet zwart van het volk, en tentjes waar wijn wordt geschonken. Ook zwart wordt de lucht, en als de sluizen open gaan, is er geen houden aan. Gelukkig kunnen we onder een boom wat schuilen, het duurt maar kort en we vervolgen onze route. Helaas ook hier overal wandelaars, zoveel zelfs dat we grote delen alleen kunnen lopen, bergop met de fiets aan de hand. Bijna iedereen loopt hier met al dan niet volle wijnglazen en het lijkt een dolle boel. Maar om doorheen te fietsen is het niks dus besluiten we, bovenop de berg aangekomen, een kortere route terug het dal in te nemen. Het is ook prima zo, een beetje relaxen in en bij de camper hoort er ook bij.





Ook aan een lang pinksterweekend komt een eind, maar deze laatste dag willen we zo lang mogelijk rekken. We toeren na ontbijt en camper-servicen een eind langs de Moezel en stoppen in Bernkastel Kues, een alleraardigste (toeristische) plaats in twee delen. Aan de ene kant van de rivier ligt Kues, en aan de andere Bernkastel. De op Park4Night gevonden parkeerplaats voor campers aan de rand van het stadje is helaas een bouwplaats en we denken het bezoek te moeten overslaan, maar een stukje verder is een parkeerplaats waar al heel veel campers staan en daar vinden we zowaar nog een plek om te parkeren. De koelkast op gas, dakluik open voor de frisse lucht voor kater Charlie en we nemen de benenwagen. Prachtige gebouwen staan langs de toegangsweg naar het centrum, de meeste "Weingut", het is hier natuurlijk wijn wat de klok slaat. We steken de rivier over en aan de overkant vinden we het kleine maar pittoreske oude centrum van Bernkastel. Een prachtige markt met van die echt Duitse vakwerkhuizen, talloze terrasjes en uiteraard winkels. Het is er levendig genoeg en we slenteren een tijdje langs wat er zoal te zien valt, en strijken dan neer op een terras in de zon voor een Flammkuchen-lunch. Een bijzonder lekker exemplaar, genoeg om de rest van de dag op te teren. We slagen nog voor wat schoeisel (de Riekers zijn hier een stuk goedkoper) en lopen dan terug naar de bus. Helaas zijn we verwend met een parkeerbon van tien euro, omdat we (en alle andere camperaars ook) geparkeerd staan op een parking voor personenauto's. Er stond inderdaad een teken van een personenauto onder de "P" en dan mag een camper daar officieel niet staan. Betalen kan via de qr-code maar helaas werkt dat niet. Maar eens kijken of we thuis nog een papieren bekeuring krijgen en anders hebben ze pech. Via Piesport en de Panoramastrasse rijden we hoog langs de Moezel ten afscheid en dan wordt de route huiswaarts wat saai via de snelweg naar Verviers, Luik en Antwerpen. Thuis de bus leeg en gekuist, klaar voor de stalling. We kijken terug op een perfect lang weekend!





Maak jouw eigen website met JouwWeb