EEN KORTE BREAK NAAR HET ZUIDEN VAN ENGELAND

DAG 6 - TINTAGEL EN EXMOOR

De dag begint met wat miezer, een erg lange ochtendwandeling met Abby zit er niet in vandaag. We willen naar de Atlantische kust, en onze eerste stop wordt Tintagel, de ruïne van een 13e eeuws kasteel, waar de legendarische King Arthur met zijn Guinevere en de tovenaar Merlijn zouden hebben gewoond. Er is maar weinig bekend over deze Arthur, en veel ervan is ontsproten aan het brein van ene Geoffrey of Monmouth, die in de vroege Middeleeuwen “a History of the Kings of Britain” schreef, en waarin Arthur op magische wijze wordt bedacht binnen de muren van dit bewuste kasteel. Echt gedocumenteerd is deze periode uit de Britse historie niet, en er is dus veel bij verzonnen in de loop van de eeuwen. Tintagel het dorp profiteert er goed van, uitgestrekte parkeerterreinen en toeristenwinkels te kust en te keur. Het is van een gezellige bedrijvigheid. Abby mag overal mee naar binnen, daar doen de Engelsen absoluut niet moeilijk over. We dalen af naar de ingang van de ruïne onder aan de kliffen. Een doedelzakspeler verwelkomt ons, dat is erg leuk, maar moet je nooit té lang horen vind ik. Op de plek waar vroeger twee kliffen met elkaar verbonden waren, is nu een pracht van een hangbrug geplaatst, met stukjes leisteen als bodembedekking. Je moet er maar op komen. Het is hier trouwens behoorlijk druk, zomaar op een doordeweekse dag in september. We storten ons in de massa en verwonderen ons over de uitzichten, en over hoe men hier op deze lokatie zo’n immens kasteel, want dat moet het geweest zijn, heeft weten te bouwen. Er zijn ook fundamenten van een nederzetting uit de Dark Ages, het eind van de 4e eeuw, toen de Romeinen de aftocht hadden geblazen en er onrust was door migratie, conflicten en invasies. Arthur is als opengewerkt standbeeld weergegeven op één van de kliffen. Hier was het een drukte van belang met mensen die naast Arthur vereeuwigd wilden worden op de gevoelige plaat. Het plaatje hieronder is dus met een hoop mazzel gemaakt.

 

We lunchen in de camper en laten dan Abby de bus bewaken, terwijl wij een rondje langs de winkeltjes doen. De plaatselijke middenstand is goed gespekt en wij trekken verder naar het even verderop gelegen Boscastle. Een pitoresk klein havendorpje, en blijkbaar goed in trek bij de toeristen want er was geen plaats meer op de, overigens aanzienlijke, parkeerplaats. Boscastle zal dus moeten wachten op een ander bezoek, ooit in de toekomst. De Atlantic Highway is ons volgend doel, waarvan de naam doet vermoeden dat je mooie uitzichten op de Atlantische kust hebt. Voordat we zover zijn, moeten we een kilometer of tien binnendoor, maar dan ook echt binnendoor. Er is meer single lane dan dual lane, en na het voor de zoveelste keer inklappen van de spiegels omdat het anders niet past in de breedte met andere auto’s campers, bussen en vrachtwagens, laten we de rechter buitenspiegel maar gewoon ingeklapt tot de Atlantic Highway zich aandient. Deze hebben we gevolgd tot in Barnstaple, ik schat een goeie 50 kilometer, en hebben, heel in de verte, de Atlantische kust 2 x gezien. Waarom zo’n naam geven aan een weg, vraag ik me dan af. In Barnstaple moeten we richting kust via de A39, het vervolg van de befaamde Atlantic Highway. We raken er echter vanwege een wegomlegging de route een beetje kwijt, en zijn daardoor 3 x het stadje doorkruist. Gelukkig is 3 x scheepsrecht en zijn we uiteindelijk via een andere, zeer schilderachtige route aangekomen in ons laatste stopje voor vandaag. In Lynton, vlak aan de kust, bevindt zich een watervallen-kloof met de mooie naam Watersmeet. Het weggetje ernaartoe is mega-smal, mega-stijl, met mega-haarspeldbochten, en gelukkig ook mega-rustig. De parking is bijkans leeg, en de parkeerautomaat defect. Dat scheelt muntjes. Parkeren van motorhomes is verboden, zo lezen we, en het is er hier ook eigenlijk niet op ingericht. De parkeervakken zijn allemaal van het type achteruit inparkeren, en veel te kort voor onze bus.  We parkeren er toch, wat kan er gebeuren na vijven op een bijna leeg parkeerterrein. De afdaling naar Watersmeet is een aanslag op kuit en knie, maar we zijn blij dat we hem hebben gedaan, want de watervalletjes, de riviertjes en het fraaie theehuis maken het zeer de moeite waard. Waar afgedaald wordt, moet ook beklommen worden en ondanks de temperatuur van een schamele 15 graden, staan we met het zweet in de haarpunten weer boven naast de bus, die gelukkig niet is weggesleept.

Op naar een plekje voor de avond en nacht. We dalen via een feeëriek weggetje af naar Lynton en stijgen vervolgens met een percentage waarvan ik niet had gedacht dat dit met een camperbus kon, 25%, naar de hoge kust van het Exmoor National Park. Weer zo’n mooi heidegebied met loslopende grazers. Via de Park4Night app hebben we een parkeerplaats op het oog met uitzicht op de kust. Die vinden we, en na een beetje puzzelen hoe we de bus een klein beetje waterpas krijgen, staan we met het mooiste uitzicht ever.. niks meer aan doen. Heerlijk genieten van het Bristol Channel dat we onder ons zien liggen, en aan de overkant de kust van Wales. Een beetje scheepjes zoeken, schaapjes tellen en de avond valt. Er ontstaat hier pal aan de kust zee-nevel. Mooi om te zien hoe zich dat continue vanuit het zeewater ontwikkelt.  Zodra het echt donker wordt zien we de lichtjes in Wales ook niet meer, de nevel heeft zich blijkbaar uitgebreid. We hebben de plaats hier voor onszelf, en voor de schapen. Morgen verder!

Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.